Voor de 14 appartementen is een vrij krappe locatie achter het gemeentehuis te Oosterbeek beschikbaar. De gewenste omvang van het programma en de bijbehorende woningtypologie, heeft ertoe geleid dat er voor een opbouw in twee massa’s is gekozen. Het toepassen van corridorwoningen op de locatie bleek niet mogelijk. Dit opdelen in twee massa’s bood de mogelijkheid om met deze massa’s enerzijds aan te sluiten op de naastgelegen woonwijk, waarin woningen van twee lagen met kap gebouwd zijn. Aan de andere zijde, waar de entree van het gebouw is gesitueerd, is meer ruimte en massa om op aan te sluiten. Het gebouw is daar drie lagen hoog.
Voor de indeling van de gevel is gebruik gemaakt van het concept van de rits: door toepassing van betonbanden in de gevel, die op diverse niveau’s overgaan in luifels en galerijen/balkons, grijpen beide gebouwdelen in elkaar. De tussengelegen gevel is geënt op de architectuur van de naastgelegen woonwijk: met eenvoudige middelen, zoals een diepe negges en het toepassen van een bijzondere steen in formaat en kleur, zijn deze gevels opgebouwd. De hoofdentree is benadrukt door het aanbrengen van een grafisch spel van horizontal en vertikale lijnen in de puien en het metselwerk.
